Wij planten onze barokke kuiten
in de hak van de puntige laars
Wij vliegen naar de klokkentorens
het blauwe van de hemel geschilderd op de zee
nel blu dipinto di blu
Wij zetten alle zeilen bij, herschikken onze pluimen
Er zijn witte steden gebouwd op witte steden
Wij zijn de architecten
Wij zijn het olijke duo Zijlaard en Pluimers
Wij plannen onze hoofden
in het zenuwstelsel van de ornamenten
spiraalvormige zuilen, frivole waterspuwers
balustrades, geveldriehoeken, druivenranken
ter voorbereiding van de sprint
Wij trekken de wildste lijnen
wij ranken in elkaar
Alle putti en putdeksels aan een zijden draadje
behoed ons voor de val.