Lied voor Carlo Tonon

Ze zeggen dat hij is gevallen
in de afzink van de Joux Plane,
dat haast niemand heeft gezien
of er iets van heeft vernomen
hoe hij afgevoerd is naar Morzine.

Ze zeggen dat hij niet meer
uit zijn coma op zal staan.
Ze zeggen dat spreken later lukt
misschien, maar dat hij nooit meer
fietsen zal van La Plagne naar Morzine.

Ze zeggen dat hij spoken ziet
sinds men hem in leven liet, voorbij
eenzaamheid en pijn de kans ontnam
een jonge, dode wielerheld te zijn,
dat hij zich rond het middaguur
heeft verhangen in een schuur.

Ze zeggen dat zijn lief forellen
kweekt, dat haar zoon haar om
een racefiets smeekt. Ze zeggen het,
maar ik ken alleen de moraal van
dit droevig lied: Wie buiten bereik
van de camera's valt, die is gezien,
tussen La Plagne en Morzine.


Albert Megens