Mont Ventoux

je vangt aan voor de Triomfboog van Orange
vandaar reikt je oog tot aan de koortsthermometer
die blikkert in een blote apenkont

wijding komt met de wijngaarden
het dubbel maal dubbel zien
van de horizont
- het aquarel van de avond legt brede banen:
een opsommen van nuancen, drommen leguanen
voortkruipend in trance
hun schubben doen de schepping over
van vermiljoen en turquoise, van topaas en meloen -

steilte, de steniging
door een hoorndragende zon
aan je slapen de his- en sisklanken
van een woedende horde
steen na steen nijpt hun nijd in je flanken
stenen zijn een mes
in de pezen van knie en hiel
en een mes van hoon
in je ziel
(de zon: het moordend oog van een icoon)

genade is een bocht
een weidse travelling bij Chalet Reynard
hij heeft je bezocht
de aartsengel, je voelt de werveling,
zijn verlossend gebaar
dat luwt dat stuwt
je stampt niet meer, je stijgt op

meter na meter zie je het beter
die kwikzilveren naald in de aap z'n reet
het is een magneet

je groet Tom-in-beton
(de blote berg z'n medaillon)
want straks heb je geen tijd
straks slaan je vleugels wijd
straks ben je de engel zijn eigen jong


Staf de Wilde