jij bent geen Fred De Bruyne,
de wielerkampioen, die pas ontwaakt
het bed uitsprong en marcheerde
als een mechaniekje
jij glijdt nog suffend uit de slaap,
moet je aan koffie laven en koud
water verfrist jouw slapen:
dan bestaat er een kans
dat je behoort tot de levenden
traag op gang gekomen
met zeven sluiers voor de ogen
de ene mens is de andere niet
je hoorde een vrouw getuigen
van Fredje de Kwieke:
hij sprong de nacht aan duigen
en vloog de dag in als had hij wieken
Staf de Wilde