De knecht

Hij pompte met zijn knechtenhart
de kilometers onder zijn wielen weg
dubbele klei knotste zijn knieën

de Vuurbal uit De Fendert stampend
en wroetend geen sprint in de kuiten
geen bergrit ook dan buiten de limiet

waar de teller voor broer een ogenblik
stil stond deed de zijne dat niet

was hij telkens locomotief in het peloton
met soms wat slagroom op zijn brood

gespoten


Kees van Meel