Om de droom tot daad te klaren
spanden we de kuiten en gingen die dag
het vertrouwde vlakke land en onze krachten
te buiten. Om op een blauwe Bertin-fiets
de hemel te bestormen.
Tussen droom en daad
lag de Kemmelberg, die uitpuilende
steenpuist, ver weg aan de horizon.
We waren veertien en overmoedig, maar
zonder twijfel op weg naar het hoogst bereikbare.
Na de daad droomden we
van Tourmalet en Peyresourde, weliswaar
al wat ijl in het hoofd. En dus verdoofd en loom,
van het teveel aan lood in de benen
voor de lange weg terug naar huis.
Patrick Cornillie