Ik denk aan Françoise Sagan en haar stuntroman,
alsof deze grote literaire dame al een halve eeuw geleden
mijn jaarlijkse tristesse aan het eind van elke Tour voorvoelde:
de circustent wordt afgebroken,
de Notre Dame ligt geblust en geblutst,
de andere Sagan zorgt er nogmaals voor
dat zijn rivalen groen lachen,
de kleine indiaan Bernal rijdt geelgroots en
met zijn familie op de bagagedrager in zijn hoofd
door de finish van de lichtstad.
Super-Lotto-winst met de nieuwe McEwen:
de Champs Elysees ziet Caleb Ewan als een fusee
over de kasseitjes en de eindmeet flitsen,
een feest van kracht en korte beentjes.