Bevoorrading

De ochtend belt aan in koerskledij, 
het huis leunt tegen mijn fiets,

over de bedrand hangt mijn voet,
het lijf maakt een plaatselijke ronde.

Een secondespel, voor jij je weer
in het bed laat uitzakken.

Wanneer je ontsnapt in de deuropening,
hou ik de pedalen stil,

je moeder wacht bij elke top, 
ze zwaait met een volle bidon.

Voldaan duik je het dal naar de keuken in,
op racefietsschoenen strompel ik achter je aan. 

Er is koffie en kopwerk te doen.