We spelen dat we op een grasveld zijn

in het boek van de supersnelle afdaling 
kun je overal een bladwijzer leggen 
of zelfs meer

het is nooit uit
de kopgroep en de achtervolgers dalen 
als water en vuur

water dooft het vuur
vuur verdampt het water, een cliché 
waar de renner geen vat op heeft

want ja, een topkruis dat uitsteekt
vlak je niet zomaar af
op de tekentafel lijkt elke berghelling 

in de macht van grof gemalen rubber
met hier en daar een bloem 
waar elk voorstel tot verandering 

terugveert naar het volmaakte oude 
alsof je een vangnet van sneeuw boetseert
nu, kom dan nog maar eens terug 

een uitroepteken is een harde streep
punt